• Kleinemunsterlander4

    Belgische Kleine Munsterlander vereniging

  • Kleinemunsterlander5

    Belgische Kleine Munsterlander vereniging

  • Kleinemunsterlander3

    Belgische Kleine Munsterlander vereniging

  • Kleinemunsterlander1

    Belgische Kleine Munsterlander vereniging

  • Kleinemunsterlander2

    Belgische Kleine Munsterlander vereniging

Doelstelling van het fokbeleid

Met de opstelling en de uitvoering van dit fokreglement beoogt de Belgische Kleine Munsterlandervereniging, v.z.w. het volgende:

  • Instandhouding en verbetering van de Kleine Munsterlander
  • Behouden en verbeteren van de karakteristieke eigenschappen van het ras
  • Bevorderen van de gezondheid van de Kleine Munsterlander
  • Bestrijden en voorkomen van erfelijke gebreken
  • Bemiddelen tussen fokkers en liefhebbers van de Kleine Munsterlander

De BKMV, v.z.w., zal dit doel trachten te verwezenlijken door:

  • Wedstrijden en proeven in te richten, waarbij de natuurlijke kwaliteiten van de hond kunnen aangetoond en beoordeeld worden.
  • Haar leden behulpzaam te zijn en te adviseren ingeval de aangesloten leden een nestje willen fokken.
  • Het publiceren van een dekreuenlijst.
  • Toe te zien op de naleving van dit fokbeleid door de aangesloten leden.
  • Voldoen aan de eisen van de Kleine Munsterlandervereniging Internationaal (KMI)Rasstandaard

 Fokvereisten

Vereisten gesteld door de K.M.S.H

  • Zowel de reu als de teef moeten ingeschreven zijn in het LOSH stamboek
  • DNA-testen van de twee ouderdieren zijn verplicht.

Sinds 2010 moet de genetische DNA-code (ISAG 2006) van de dekreu en de teef gekend zijn op het ogenblik dat de dek- en geboorteaangifte wordt ingediend.

  • De twee ouderdieren, geboren vanaf 01/01/2008, moeten minstens één kwalificatie ‘Goed’ behaald hebben op een Belgische Open, CAC- of CAC-CACIB-tentoonstelling onder een Belgische of buitenlandse keurmeester, of op een rasspeciale onder een Belgische of buitenlandse keurmeester (rasspecialist), of op een de K.M.S.H georganiseerde attestendag (met een Belgische keurmeester), waarvan een bewijs op de hiervoor voorziene attestkaart, of geslaagd zijn ingericht door de hiervoor erkende Belgische rasclub.
  • Reuen die in het buitenland verblijven, moeten voldoen aan dezelfde kwaliteitsnormen (behalen van een ‘Goed’ op een tentoonstelling) en genealogische identificatienormen (genetische DNA-afdruk, passend met die opgelegd door de K.M.S.H – Artikel 14.1.a).
  • Alle vereisten, bijkomend gesteld door de K.M.S.H., maar hierboven niet beschreven of vermeld, blijven onverminderd van kracht.

Voor verdere info en formulieren (o.a. Dek- en geboorteaangifte, aanvraag DNA onderzoek, aanvraag stamboom LOSH, etc. …) verwijzen wij naar: http://www.srsh.be/pages-nl/documents.html

Vereisten gesteld door de Belgische Kleine Munsterlandervereniging, v.z.w.

Algemeen

Voor zover niet van toepassing in de fokvereisten van de K.M.S.H. kan, met het oog op het invullen van de      statutaire doelstellingen van de vereniging, de Belgische Kleine Munsterlandervereniging, v.z.w. bijkomende fokvereisten stellen, zoals:

  • De eigenaars van de reu en de teef dienen lid te zijn van de BKMV, v.z.w., uitgezonderd de eigenaar van een buitenlandse reu.
  • HD – foto’s van beide ouderdieren is verplicht voor honden, geboren vanaf 1 juni 2013.
  • Er worden geen honden, jonger dan 24 maanden oud, ingezet voor fokkerij
  • Er worden geen honden, ouder dan 10 jaar ingezet voor de fok.
  • Een reu mag maximaal 5 maal per jaar worden ingezet voor een dekking, met een maximum van 12 dekkingen in het leven van de dekreu. Dekkingen in het buitenland worden niet meegerekend.
  • Voor een teef geldt een maximum van in totaal 5 nesten
  • Het inteeltpercentage bij de te gebruiken ouderdieren mag niet hoger zijn dan 10%
  • Indien bij nakomelingen van een bepaalde combinatie zodanige afwijkingen geconstateerd worden of wanneer de nakomelingen in de ogen van de vereniging niet voldoen aan de rasstandaard, zal de vereniging het advies geven de combinatie niet te herhalen
  • De eigenaren van de in te zetten ouderdieren mogen niet door de KKUSH gestraft zijn, dan wel enige sanctie hebben ontvangen.
  • De fokker dient de wettelijk geldende garantietermijn van 10 dagen te respecteren
  • Combinaties met honden zonder stamboom worden gesanctioneerd en geschrapt van de dekreuenlijst.
  • De Belgische Kleine Munsterlandervereniging behoud zich het recht voor over te gaan tot een algemene nestcontrole.

Exterieur

  • Alle in te zetten ouderdieren moeten voldoen aan de kwaliteitseisen, omschreven in de rassstandaard (zie punt 2 van dit fokreglement).
  • Alle ouderdieren moeten minimaal voldoen aan de vereisten van de K.M.S.H. omschreven in punt 3.a. van dik fokreglement.
  • Honden die fokuitsluitende gebreken (omschreven in de rasstandaard) vertonen worden uitgesloten van de fok.
  • Het is enkel toegestaan te fokken met honden die volgens de FCI normering HD-A of HD-B zijn. Combinaties uit HD-A en HD-C worden eveneens aanvaard.

Werkproeven

Buiten de algemene fokvereisten van de BKMV, omschreven in punt 3.b.1.  stelt de vereniging bijkomende werkvereisten om de aanleg van de ouderdieren te kunnen beoordelen. Deze fokvereisten zullen moeten bijdragen tot het behoud  en verbeteren van de natuurlijke aanleg van de pups.

Beide ouderdieren zouden minimum één van onderstaande kwalificaties moeten doorstaan hebben, met een kwalificatie ‘voldoende’

  • Behalen van een basis- of africhtingsbrevet op een officiële proevenwedstrijd in België of op een gelijkwaardige proef in het buitenland, erkend door de rasvereniging in betreffend land
  • Behalen van een kwalificatie in een veldwedstrijd in België (voorjaars- of najaarswedstrijd)
  • Behalen van het Sint Hubertus brevet in België of een gelijkgesteld brevet in het buitenland.
  • Behalen van een kwalificatie op buitenlandse erkende proeven of wedstrijden (bv. VJP, HZP, VGP, …)

Deze regeling is van toepassing op honden, geboren vanaf 1 juni 2013.

Dekreuenlijst

Om het verantwoord en gericht fokken met de Kleine Munsterlander te stimuleren, met de doelstellingen van de vereniging als leidraad, zal de BKMV, v.z.w. een dekreuenlijst opmaken en publiceren op haar website. Deze dekreuen kunnen ingezet worden voor de fokkerij, mits voldaan wordt aan de fokvereisten omschreven in punt 3 van dit fokbeleid.

Alle Belgische dekreuen die voldoen aan de fokvereisten omschreven in punt 3.a en 3.b van dit fokbeleid zullen op de dekreuenlijst van de BKMV, v.z.w. geplaatst worden.

Dekreuen, opgenomen in de dekreuenlijst van de BKMW, v.z.w., die ingezet worden in de fokkerij en zich niet houden aan het te volgen en omschreven fokbeleid zullen met onmiddellijke ingang van de gepubliceerde dekreuenlijst verwijdert worden. De eigenaar van de reu kan in deze omstandigheden ook gesanctioneerd worden volgens de statutaire bepalingen van de Belgische Kleine Munsterlandervereniging, v.z.w.

Afgifte pups 

  1. Afgifte van pups
  2. Pups mogen niet afgeleverd worden vóór hun zevende levensweek
  3. Alle af te leveren pups zijn ontwormd, gechipt, gevaccineerd en ingeschreven in het BRIV.
  4. Alle af te leveren pups zijn in het bezit van een door de dierenarts ter beschikking gesteld paspoort.
  5. Alle pups worden afgeleverd met een geldig garantiecertificaat